Voor de Eerste Wereldoorlog waren er op de wijk ‘De Westhoek’ te Zonnebeke elf herbergen (zeven in de Frezenbergstraat en vier in de Elleboogstraat). Het verste café (richting de Zandberg) op de hoek van de Frezenbergstraat en de Grote Molenstraat was ‘De Wupzale’.
Vóór de Eerste Wereldoorlog was Polydore Hector (maar iedereen zei Doren) Mylle de waard van deze herberg. Hij werd geboren op 17 oktober 1881 te Zonnebeke als zoon van dagloner Henri en Louise Bogaert. Doren was niet alleen bekend als cafébaas maar ook als één van de stoutste en rapste pensjagers van heel de streek. Pensjagers waren voor niets of niemand bevreesd, zelfs niet voor de jachtwachter. Alhoewel streng verboden, konden zij het stropen voor geen geld ter wereld laten. Waarom ook? ’s Zomers moest er hard gewerkt worden in de briekovens of op het land en ’s winters moest men toch ook leven! Er was armoede bij de mensen en zoveel konijntjes liepen in het wilde…. Het ongeluk was dat de jachtwachters de pensjagers kenden en dag en nacht hun huizen beloerden om hen te kunnen betrappen bij het verkopen van gestroopt of geschoten wild. Maar de pensjagers waren bijzonder vindingrijk om het wild ongezien kwijt te raken. Zo was er het verhaal van de stroper die zijn wild in een bundel hooi bond en de bundel in de kruiwagen van zijn ‘meespelende’ koper gooide. Zonder blikken of blozen trok deze dan met de kruiwagen huiswaarts.
Rond 1910, op een nacht in oktober, werd Doren uit zijn bed getrommeld door een bevriende pensjager om mee op strooptocht te trekken. Na een uurtje met de lichtbak te hebben ‘gejaagd’ was zijn vriend plots verdwenen en toen gebeurde een drama. Doren werd van kortbij lafhartig neergeschoten.
De moord werd nooit opgehelderd maar iedereen op de wijk wist dat Doren erin geluisd werd. Men wist wie de dader was en wat het motief was maar iedereen zweeg als vermoord. Hij werd zogezegd doodgeschoten door de jachtopziener van het kasteel Merghelynck op de Potyze te Ieper. Op de rechtbank werd deze echter vrijgesproken omdat hij gehandeld zou hebben ‘uit wettige zelfverdediging’.
Tijdens de oorlog ’14-’18 werd op een hoeve op de Verlorenhoek (grens Ieper-Zonnebeke) een burger doodgeschoten, die zich verkleed had als Duits officier om zo de vrije hand te hebben om te stelen en te plunderen op de hoeven. Deze man werd onmiddellijk herkend als de moordenaar van Doren Mylle enkele jaren voordien. Maar ook nu zweeg men of er werd hooguit gepreveld: “’t Is de verdiende straffe van God”.
Bron: Vermeulen G., De Westhoek, Zonnebeke, 1969.
Dit artikel van Dirk Ooghe verscheen in het Zonneheem nummer 4/2018, het tijdschrift van De Zonnebeekse Heemvrienden VZW.