Ingevolge een koninklijke ordonnantie van Lodewijk XV van 25 december 1746 werd in januari 1747 overgegaan tot de samenstelling van een contingent miliciens ter versterking van de 112 militiebataljons op voet, in de door Frankrijk veroverde gebieden. Bij de rekrutering van 4.928 manschappen in totaal, moesten de Kasselrij en de stad Ieper instaan voor 70 soldaten.
De duur van de diensttijd was bepaald op zes opeenvolgende jaren, te beginnen op 1 maart 1747. In vredestijd (???) zouden de miliciens vervroegd naar hun respectievelijke haardsteden worden teruggestuurd. Al wie door het lot (loting) voor de dienst was aangewezen en geen gevolg gaf aan de oproep om zich naar het verzamelpunt te begeven werd als deserteur beschouwd en vervolgd. Op desertie stonden zware straffen zoals verdubbeling van de diensttijd, levenslange diensttijd, levenslange galeistraf en zelfs de doodstraf.
Vervangers voor deserteurs en voor zij die wegens ongeschiktheid met absoluut verlof werden gestuurd, moesten door de respectievelijke gemeenten van aanwerving worden geleverd.
Voor onze gemeente trokken volgende jongens een slecht nummer:
Beselare: Pierre Jean WILLEMAN, zoon van Albert en Christine Baroen. Geboren te Beselare, 25 jaar, 1m62, grijze kleine en diepliggende ogen, haren bleekkastanje en gekruld, dik en rond gezicht, hoog voorhoofd. Hij was landbouwersknecht. Aangeworven 28 januari 1747, desertie: 8 april 1747.
Beselare: Pierre CASIER, zoon van Jean (+) en Louise Le Mestre. Geboren te Menen, 24 jaar, 1m59, ogen, haren en wenkbrauwen bruin, grote en puntige neus, kleermaker. Aangeworven 28 januari 1747.
Geluveld: Dominic LE CONTE, zoon van François (+) en Scholastique (+) Tanchon. Geboren te Issel (Baliage de Douai), 22 jaar, 1m56, bruine ogen, blonde wenkbrauwen, zwarte haren, hoekig gezicht, platte wangen, hoefsmid. Aangeworven 27 januari 1747.
Passendale: Louis SMUIL, zoon van Louis en Martine De poorter. Geboren te Oostnieuwkerke, 40 jaar, 1m69, blauwe ogen, grijze haren, kastanjekleurige wenkbrauwen, haviksneus, blozend gezicht, landbouwersknecht. Aangeworven 27 januari 1747.
Passendale: Pierre DANINEL, zoon van Pierre (+) en Jossine (+) Brabant. Geboren te Rozebeke, 21 jaar, 1m60, blauwe ogen, bruine haren en wenkbrauwen, opgetrokken neus, openstaande mond, dikke bovenlip, vioolspeler. Aangeworven 27 januari 1747.
Zonnebeke: Pierre CAPPA, zoon van Guillaume (+) en Cathérine (+) Trouvé. Geboren te Menen, 42 jaar, 1m63, blauwe ogen, haren en wenkbrauwen kastanjebleekbruin, platte mond, kleine puntige neus, huisknecht. Aangeworven 28 januari 1747.
Deze Pierre Cappa werd met absoluut verlof gestuurd en vervangen door:
Zonnebeke: Jean Ignace COUROUBLE, zoon van Jean Baptiste en Anne Marie Raes. Geboren te Zonnebeke, 17 jaar, 1m56, grote blauwe ogen, kastanjekleurige krullende haren, landbouwersknecht. Aangeworven 25 oktober 1747.
Op 12 maart 1747 werden 22 miliciens van de Kasselrij Ieper ondergebracht in de vier compagnieën van het tweede militiebataljon in garnizoen te Sint-Winoksbergen (Bergues), waaronder Dominic Le Conte (Geluveld).
Op 14 maart werden 26 militairen van de Kasselrij Ieper ingedeeld in het militiebataljon Poitier, in garnizoen te Lille, waaronder Louis Smuil, Pierre Daniel (Daninel?) (Passendale), Pierre Willeman (desertie 8 april 1747) en Pierre Casier (Beselare).
Op 16 maart 1747 werden 14 miliciens van de Kasselrij Ieper en acht van de stad Ieper ingedeeld in de vier compagnieën van het tweede militiebataljon van Thiange in garnizoen te Ieper. Onder hen Pierre Cappa uit Zonnebeke. Hij kreeg absoluut verlof op 28 september 1747 en werd een maand later vervangen door Jean Ignace Courouble.